JVV 0612
Noordelijke Nederlanden, 1630-1660
De plooischotel heeft zevenentwintig dubbele lobben en is in blauw en geel beschilderd met een zittende putto die een vlag vasthoudt. De putto wordt geflankeerd door twee aigrette-vormige boompjes. De afbeelding is gevat in meerdere cirkels en een band van radiale strepen. Op de rand is het aigrettenmotief aangebracht.
Afmetingen: diameter 31,4 cm
Vergelijkbare exemplaren
Een plooischotel met een schildering van een putto in blauw en geel in een radiale omlijsting bevindt zich in museum Boijmans Van Beuningen (inv.nr. A4345). In Ostkamp (p. 29, afb. 85) staat een exemplaar uit een privécollectie afgebeeld. Een plooischotel met een pijl-en-boogschietende putto met een aigrettenrand in blauw en paars treffen we aan in Rijksmuseum Amsterdam (inventarisnummer BK-NM 5735).
Toelichting
Van oudsher worden dit soort plooischotels aan Haarlem toegeschreven, maar ook Harlingen, Delft en mogelijk Rotterdam komen in aanmerking als productiecentra. De vervaardiging van de Nederlandse plooischotel is ontstaan onder invloed van Franse importen uit Nevers in de eerste helft van de zeventiende eeuw (Jaspers). Het decor daarentegen getuigt van Italiaanse invloed. Een summiere schildering in een beperkt aantal kleuren (hoofdzakelijk blauw en geel) is in de tweede helft van de zestiende eeuw als eerste in Faenza ontwikkeld. Het wordt a compendiario genoemd, wat schetsmatig betekent, en was een reactie op de vol geschilderde borden en schotels uit de eerste helft van de zestiende eeuw. Het motief van een putto in een aigrettenrand zijn van Italiaanse voorbeelden overgenomen en was een zeer populair decor in het tweede en derde kwart van de zeventiende eeuw, in Nederland zowel op majolica als op faience toegepast.
Literatuur
N.L. Jaspers, ‘Met de Franse slag. Franse compendiario faïence uit Nederlandse bodem (ca. 1600-1660)’, in: Vormen uit Vuur, nr. 199 (2007-4), pp. 2-16
S. Ostkamp, ‘Hollants porceleyn en straetswerck. De voorgeschiedenis van Delft als centrum van de Nederlandse productie van faience en het ontstaan van Delfts wit’, in: Vormen uit Vuur, 223/224 (2014-1), pp. 2-46
V. de Pompeis, La maiolica Italiana di stile compendiario I bianchi, Torino 2010