JVV 0537
Delft, circa 1750
De miniatuurtest met oor staat op drie pootjes. De ronde onderzijde die eindigt in een vierkant
gemodelleerd bovendeel. De overgang van rond naar vierkant is geprofileerd. Aan een zijde is een
oor bevestigd dat aan de buitenzijde is beschilderd met blauwe streepjes.
Afmetingen: hoogte 3,2 cm, lengte 5,2 cm, breedte 4,5 c
Vergelijkbare exemplaren
In de Lavino-collectie bevindt zich een witte test met stoof (p. 87).
Toelichting
Miniaturen in Delfts aardewerk, ook wel poppegoed genoemd, waren bedoeld als kinderspeelgoed of ter aankleding van poppenhuizen. Poppenhuizen in de achttiende eeuw werden gemaakt voor
volwassen en niet voor kinderen. Een poppenhuis was een afspiegeling van de werkelijkheid en dat gold ook voor de miniaturen die minutieus werden nagemaakt.
Een test werd gebruikt om er kooltjes in te doen voor het warm houden van een theepot op een theestoof of komfoor, vergelijkbaar met een hedendaags theelichtje. Deze waren relatief klein.
Grotere vuurtesten werden gebruikt voor het warm houden van voeten door ze in een houten, aan de bovenzijde opengewerkte, voetenstoof te schuiven. Later werden vuurtesten ook gebruikt als
asbak bij het tabaksroken. De meeste testen zijn vanaf de zeventiende eeuw gemaakt in rood- of witbakkend loodglazuuraardewerk. In tinglazuuraardewerk en kerfsnee worden ze het meest geassocieerd met Fries aardewerk uit de achttiende en negentiende eeuw. Testen in Delfts aardewerk zijn relatief zeldzaam.