JVV 0003
Delft, 1722-1757
Plateelbakkerij De Grieksche A
Merk: AIK, periode Jacob van der Kool (1722-1757)
Schotel met opstaande rand met een blauw-wit decor van een draak op een ondergrond van bloemen en bladranken. De vertreding tussen plat en rand is ongedecoreerd. De rand is beschilderd met zes cartouches, met drie perziken elk, die door servetwerk van elkaar gescheiden zijn.
Afmetingen: diameter 34,5 cm
Conditie: randschilfers.
Vergelijkbare exemplaren
Er zijn verschillende borden en schotels bekend met dit decor en het AIK-merk van Jacob van der Kool. Twee schotels bevinden zich in de Glaisher-collectie in het Fitzwilliam Museum in Cambridge (Rackham, p. 315). Andere stukken bevinden zich in het Museum für Angewandte Kunst in Keulen (Tietzel, p. 16, afb. 49) en in het Groninger Museum (Scholten & Jörg, p. 22). Een geribbelde theepot met dit decor en merk werd in 2011 bij Christie’s Amsterdam geveild.
Toelichting
Te oordelen naar het aantal overgeleverde stukken, moet dit decor in de achttiende eeuw aanzienlijke populariteit hebben genoten. Het is uitgevoerd op theepotten, zoutvaten, vazen, potten, schaaltjes, theebussen, bierpullen, kwispedoors, olie- en azijnstellen, fopkannen en zelfs eierdoppen. Mogelijk konden klanten zelf een servies samenstellen door verschillende vormen met dit decor te combineren.
De rand met cartouches en servetwerk is direct overgenomen van het Chinese porselein uit de Kangxi-periode (1662-1722) en komt veelvuldig voor op borden en kommen. Dat ligt ingewikkelder voor het middendecor, waarvoor geen directe Chinese parallel uit de Kangxi-periode valt aan te wijzen. Draken of andere dieren op een volle ondergrond van bladranken en bloemen komen echter al vanaf de zestiende eeuw voor op Chinees porselein. Een dergelijk decor zal het uitgangspunt zijn geweest voor deze Delftse bewerking.
Het drakendecor is naar alle waarschijnlijkheid in plateelbakkerij De Grieksche A ontwikkeld. De vroegste stukken zijn twee potten en een vaas met het AK merk van de eigenaar Adriaen Kocxs (1686-1701). Ze bevinden zich in het Victoria & Albert Museum (inventarisnummer C2371-1910), het Museum Lambert van Meerten in Delft en in het Museum Arnhem (AB 8927). Andere vroege stukken zijn een drietal theebussen met het LVE merk van Lambertus van Eenhoorn (1691-1721) van de plateelbakkerij De Metaale Pot (Museum Arnhem, inventarisnummer AB 8332, Aronson 2004, p. 46, nr. 47). Veel stukken zijn gemerkt met een D merk, vaak voorzien van een nummer. Dit merk is tot nu toe niet met zekerheid aan een fabriek toe te schrijven.
Literatuur
D. en R. Aronson, Dutch Delftware. The dr. Gunther Grethe collection, Amsterdam 2004
R. D. Aronson, E. Brouwers, Dutch Delftware. Timeless elegance, Amsterdam 2012
Christie’s Amsterdam, The decorative Arts sale, 4-5 october 2011 (sale 2868), Amsterdam 2011
B. Rackham, Catalogue of the Glaisher collection of pottery and porcelain in the Fitzwilliam Museum Cambridge, twee delen, Cambridge 1935 (herdruk 1987)
F.T. Scholten, C.J.A. Jörg, ‘Delfts aardewerk in het Groninger Museum’, in: Vormen uit Vuur, nr. 140, 1990
B. Tietzel, Fayence I, Kataloge des Kunstgewerbemuseums Köln 9, Köln 1980
Prijs op aanvraag