JVV 0113
De Nederlanden, 1675-1700
De schotel heeft een brede, spreidende rand en is hoofdzakelijk in paars beschilderd met enkele gele accenten. In het midden is een bedelaar op krukken afgebeeld in vereenvoudigd landschap. In zijn linkerhand houdt hij zijn hoed vast die hij ook gebruikt als bedelnap. Het gebladerte van de bomen ter weerszijden is gesponst. De rand is beschilderd met een uit boogsegmenten en ossenkoppen bestaand ornamentdecor.
Afmetingen: diameter 36 cm
Vergelijkbare exemplaren
In de collectie van het inmiddels opgeheven Harlinger aardewerkmuseum van Minze van den Akker bevonden zich twee paars-gele varianten die aan Harlingen worden toegeschreven (Van den Akker, p. 114, nrs. 0117305 en 0117306). Daarvan toont de ene schotel een lopende en pijprokende man, de andere een man met een mand op zijn hoofd. De randen zijn overeenkomstig met die van dit exemplaar. Een schotel met vliegende putto met bloemen in paars-geel met een vergelijkbaar randdecor is in het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem (Klijn, p. 170, inventarisnummer NOM 23146-55). Een paars-gele schotel met een putto tussen groen gesponste bomen in Musée Hotel Sandelin in Saint-Omer (Boyazoglu & De Neuville, p. 201, afbeelding linksonder).
Toelichting
Paars-gele majolicaschotels, soms aangevuld met groen en/of blauw, met een rand van boogsegmenten zijn tussen circa 1675 en 1725 veel gemaakt. Variaties in paars en groen zijn ook bekend. De opzet is altijd dezelfde: een figuur, zoogdier of vogel tussen gesponste bomen in een vereenvoudigd landschap. Sommige schotels hebben een onbeschilderde of een sgraffito rand. Kleinere varianten met een doorsnee van circa 22 cm met dieren en vogels in een gele of bruine band komen ook voor. De afgebeelde figuren zijn vaak landlopers, zwervers en drinkebroers, maar ook herders, putti en ruiters.
Literatuur
M. van den Akker, Fries aardewerk. Majolica - faience - kerfsnee. Harlinger aardewerk museum. Collectie Minze van den Akker, Harlingen 2007
J. Boyazoglu, L. de Neuville, Les faiences de Delft, Parijs 1980
E.M.Ch.F. Klijn, Onbekend tinglazuur aardewerk. De collectie van het Nederlands Openluchtmuseum, Arnhem 2003
Prijs op aanvraag